Dinsdag moest minister Gerd Leers (CDA) zich weer eens verantwoorden in de Tweede-Kamer. De minister van Immigratie en Asiel heeft tijdens zijn ambtsbezoek aan Angola tegen meereizende journalisten gezegd dat hij vindt dat asielzoekers het land moeten verlaten, als ze liegen over hun identiteit.

Dat geldt ook voor de jonge Angolese asielzoeker Mauro Manuel, die eigenlijk Fereira heet, antwoordde Leers toen de journalisten doorvroegen. “Mauro heeft gelogen en niet zo’n klein beetje ook,” voegde de bewindsman eraan toe.  GroenLinks-Tweede Kamerlid Tofik Dibi rook direct bloed en besloot de minister ter verantwoording te roepen. Dibi beschuldige Leers ervan dat hij de PVV probeert te paaien over de rug van Mauro en diens pleeggezin. Leers kiest ervoor om Mauro weer midden in de mediastorm te zetten. Je ziet de wil om zijn gelijk te halen in deze hele affaire.”

Niets nieuws onder de zon dacht ik. De feiten waren bekend. Wel vond ik het onhandig dat Leers op deze concrete vraag inging. Onhandig omdat de zaak Mauro veel publiciteit heeft opgeleverd. Mede dankzij deze publiciteit mocht Mauro in Nederland zijn studie afmaken. De opmerkingen van de minister en alle media-aandacht helpen Mauro daar niet bij. Wel begrijp ik dat Leers nu ook eens zijn kant van het verhaal wilde vertellen. Dat is iets anders dan je gelijk willen halen. Minister Leers wil een rechtvaardig beleid voeren maar hij kan het nooit goed doen. PVV- leider Wilders vindt Leers te multi-culti en te veel te soft, terwijl de linkse oppositie hem het schoothondje van Wilders noemt.

Maar wat zijn in deze Mauro-gate eigenlijk de feiten.  Leers’ voorganger Nebahat Albayrak (PvdA) stuurde Mauro in 2009 al een brief waarin stond dat hij het land moest verlaten. Mauro mocht nog  één keer procederen en vervolgens gaf de rechter Albayrak gelijk.  Leers deed vervolgens in oktober 2011 niets anders dan Albayraks beslissing daadwerkelijk uitvoeren. Niemand stelde in 2009 de vraag of Albayrak werd gedoogd door de PVV. Niemand beschuldigde Albayrak ervan Mauro zijn strot door te zagen, zoals toenmalig Pvda-Kamerlid Hans Spekman, Leers verweet. Ik vind het daarom bijzonder hypocriet om de minister te verwijten naar de pijpen van de gedoogpartner te dansen.  Wanneer die argumenten op zijn wordt er vaak op gewezen dat ‘deze’ Gerd Leers een andere Gerd Leers is dan toen hij nog burgemeester van Maastricht was. Leers wijst er terecht op dat hij niet veranderd is, maar zijn functie wel.

De voormalig burgemeester is zich er terecht van bewust dat hij als minister een andere verantwoordelijkheid heeft.  Toen er in Maastricht gezinnen, die geworteld waren in de gemeenschap, de stad uitgezet dreigden te worden schreef hij vaak een brief naar het ministerie. Nu moet Leers zelf de inhoud van die brieven toetsen aan de wetgeving. Dat doet de minister bij iedere asielzoeker. Het liegen over zijn identiteit is vermoedelijk Mauro´s pleegouders eerder aan te rekenen, dan de jongen zelf. Dat is een trieste zaak. Het getuigt eerder van oprechtheid dan van consequent zijn dat de minister ook zijn hart laat meewegen. En dat hij daarom een nieuwe aanvraag voor een verblijfsvergunning voor Mauro niet bij voorbaat uitsluit.